Vrouw bij de piercer

Te strakke sieraden: welke risico’s voor de genezing van een piercing?

1. Een detail dat vaak wordt onderschat

Wanneer je je oor laat piercen, gaat alle aandacht meestal uit naar de keuze van de piercing, het sieraad en het materiaal. Je informeert naar goud, titanium, chirurgisch staal, naar de reputatie van de piercer of naar de nazorg die je na de ingreep moet toepassen. Toch raakt een essentieel element heel vaak op de achtergrond: de maat van het sieraad, en meer specifiek het feit dat het vanaf het begin te strak of te nauw aansluit.

Veel mensen kiezen een sieraad dat te strak zit zonder het zelfs maar te beseffen. Eerst om esthetische redenen: een sieraad dat strak tegen het oor ligt, oogt discreter en eleganter, vooral bij piercings zoals de oorlel, de helix of de tragus. Er is ook de angst dat het sieraad te veel beweegt, in het haar of aan kleding blijft haken, of het idee dat een “strak” sieraad beter blijft zitten en een snellere genezing bevordert. Tot slot speelt onwetendheid een belangrijke rol: men weet niet altijd dat een vers gezette piercing ruimte nodig heeft om te ademen, licht te zwellen en correct te genezen.

Maar de werkelijkheid is heel anders. De maat van het sieraad is even belangrijk als het materiaal, en soms zelfs bepalender voor een goede genezing. Een sieraad dat te kort is, te dicht op de huid ligt of te strak zit, kan de weefsels samendrukken, een goede doorbloeding verhinderen en een omgeving creëren die bevorderlijk is voor irritaties, ontstekingen en zelfs infecties. Dit probleem geldt voor alle oorpiercings: oorlel, helix, conch, tragus, rook of daith, elk met zijn eigen kenmerken en anatomische beperkingen.

Een piercing is in de eerste plaats een gecontroleerde wond. Het lichaam heeft tijd en ruimte nodig om de weefsels te herstellen. Als het sieraad die natuurlijke marge niet laat, kan de genezing langer, pijnlijker en ingewikkelder worden dan nodig is. In sommige gevallen kan een te strak sieraad zelfs tot ernstigere complicaties leiden, zoals het ingroeien van het sieraad in de huid of de vorming van irritatiebultjes.

Het doel van dit artikel is dus duidelijk: je helpen begrijpen waarom te strakke sieraden een echt risico vormen voor de genezing, welke problemen ze kunnen veroorzaken en vooral hoe je vanaf het begin de juiste keuzes maakt. Door te leren de maat van je sieraden aan te passen aan elke oorpiercing, vergroot je je kansen op een gezonde, comfortabele en duurzame genezing.

Vrouw die haar oor laat piercen

2. Wat bedoelt men met “een te strak sieraad”?

Wanneer we het hebben over een “te strak” piercingsieraad, bedoelen we niet per se een sieraad dat meteen pijn doet of onmogelijk lijkt om te dragen. Dat is precies wat het probleem zo moeilijk maakt om te herkennen. Een sieraad kan er visueel correct uitzien, zelfs goed passend, en toch ongeschikt zijn voor de genezingsfase.

Een te strak sieraad is een sieraad dat geen enkele marge laat voor de natuurlijke zwelling van de piercing. Na het piercen en soms gedurende meerdere weken zwelt de huid namelijk licht, zelfs als de genezing goed verloopt. Deze zwelling is een normale reactie van het lichaam. Als het sieraad te kort of te klein is, oefent het voortdurend druk uit op de weefsels, waardoor deze zone niet goed kan “ademen”.

Het is belangrijk het verschil te begrijpen tussen een aansluitend sieraad en een compressief sieraad.
Een aansluitend sieraad blijft goed op zijn plaats, blijft niet makkelijk haken, maar laat voldoende ruimte zodat de huid kan leven, bewegen en genezen.
Een compressief sieraad daarentegen drukt de huid plat, knelt de weefsels of zakt geleidelijk in. Deze druk kan in het begin licht zijn, maar met de tijd problematisch worden, vooral tijdens fasen van zwelling, kou, wrijving of manipulatie.

De concrete voorbeelden zijn talrijk. Een te korte staaf in een helix of een dikke oorlel kan ervoor zorgen dat het sieraad in de huid drukt, waardoor het lijkt alsof de piercing “verdwijnt”. Een labret die tegen de huid is aangedrukt, zonder zichtbare ruimte, kan een voortdurende irritatie veroorzaken, zelfs een klein wondje rond het sieraad. Een te kleine ring kan aan het prikpunt trekken, een constante spanning uitoefenen en verhinderen dat de genezing correct verloopt, vooral in de kraakbeenzones van het oor.

Een essentieel punt om te begrijpen is dat een verse piercing altijd “speling” nodig heeft. Die extra ruimte is geen esthetisch gebrek: het is een onmisbare voorwaarde voor een gezonde genezing. Ze laat de huid toe om op natuurlijke wijze te zwellen en weer te ontzwellen, beperkt overmatige wrijving en vermindert het risico op langdurige druk op het piercingkanaal.

Kort samengevat: een te strak sieraad is niet alleen oncomfortabel, het is een sieraad dat de normale fysiologie van het genezingsproces niet respecteert. Dit nuanceverschil begrijpen is de eerste stap om veel problemen te vermijden… en je piercing de beste kans te geven om goed te evolueren.

3. De onmiddellijke effecten van een te strak sieraad

Wanneer een sieraad te strak zit, kunnen de negatieve effecten heel snel optreden, soms al binnen enkele uren na het plaatsen of het wisselen van het sieraad. Het eerste probleem is de constante druk op het weefsel. Een piercing is een gecontroleerde wond: de huid heeft ruimte nodig om te reageren, licht te zwellen en de genezing op gang te brengen. Een sieraad dat te kort is of te strak aansluit, drukt deze kwetsbare zone samen en verhindert dat het natuurlijke proces correct verloopt.

Deze voortdurende druk leidt vaak tot een slechte lokale bloedcirculatie. Bloed is nochtans essentieel voor genezing: het brengt zuurstof, voedingsstoffen en cellen die nodig zijn voor het herstel van de weefsels. Wanneer de doorbloeding wordt belemmerd, geneest de zone trager en wordt ze gevoeliger voor irritaties. Dit kan ook een warm gevoel veroorzaken of, omgekeerd, een koude en ongemakkelijke zone rond de piercing.

Al snel kan men een ongewone pijn voelen, anders dan de normale gevoeligheid van een verse piercing. Deze pijn wordt vaak omschreven als een constante trek, een knijpend gevoel of zelfs kloppingen, vooral aan het einde van de dag of na wrijving (muts, oortjes, telefoon). In tegenstelling tot een tijdelijke hinder neemt deze pijn niet af zolang het sieraad te strak blijft zitten.

Een ander onmiddellijk teken is het snelle verschijnen van roodheid of zwelling. De samengedrukte huid reageert met ontsteking om zichzelf te beschermen. De zwelling kan de situatie vervolgens nog verergeren: hoe meer de zone opzwelt, hoe strakker het sieraad knelt, waardoor een vicieuze cirkel ontstaat. In sommige gevallen kan het sieraad zelfs lijken te “verdwijnen” in de huid, wat een alarmsignaal is dat je nooit mag negeren.

Deze onmiddellijke effecten worden vaak geminimaliseerd of verward met een normale genezingsreactie. Toch kan een piercing die goed geneest wel gevoelig zijn, maar hij mag niet voortdurend pijn doen en geen gevoel geven alsof het weefsel wordt “verstikt”. Deze signalen vroeg herkennen maakt het mogelijk snel te handelen door de maat van het sieraad aan te passen, voordat de situatie uitgroeit tot ernstigere complicaties.

4. De risico’s voor de genezing op middellange en lange termijn

Een te strak sieraad dragen veroorzaakt niet alleen een tijdelijke ongemakkelijkheid. Op de duur kan deze constante druk de genezing echt in gevaar brengen en complicaties veroorzaken die soms lang duren om op te lossen, vooral bij oorpiercings.

Een van de eerste risico’s is een vertraagde, of zelfs geblokkeerde genezing. Wanneer het sieraad geen marge laat, blijft de huid in een permanente stress-toestand. Ze kan niet goed regenereren, omdat elke microbeweging van het sieraad extra spanning uitoefent. Resultaat: de piercing blijft veel langer dan normaal gevoelig, pijnlijk of ontstoken, soms maandenlang.

Een ander vaak voorkomend effect is de vorming van irritatiebultjes. Deze kleine uitgroeisels, vaak verward met keloïden, zijn in werkelijkheid een verdedigingsreactie van de huid op herhaalde agressie. Het te strakke sieraad schuurt, knelt en verhindert dat de zone ademt. De huid reageert door extra weefsel aan te maken, waardoor een rood of roze bultje rond de piercing ontstaat, vooral vaak bij helix, tragus of conch.

In ernstigere gevallen bestaat het risico dat het sieraad in de huid ingroeit. Wanneer de natuurlijke zwelling tijdens de genezing geen ruimte krijgt, kan het sieraad geleidelijk in het weefsel “zinken”. Dit gebeurt vooral bij te korte labrets of slecht aangepaste staven. Deze situatie is niet alleen pijnlijk, maar vereist vaak een snelle ingreep door een piercer of zelfs een zorgprofessional om grotere schade te voorkomen.

Daarbovenop komen herhaalde microletsels. Een te strak sieraad veroorzaakt voortdurende wrijving, onzichtbaar maar wel degelijk aanwezig. Deze microverwondingen verhinderen dat de huid zich correct heropbouwt en houden de zone in een toestand van chronische ontsteking. De genezing wordt dan instabiel: de piercing lijkt te verbeteren en raakt vervolgens opnieuw geïrriteerd, zonder ooit echt te genezen.

Ten slotte leidt de combinatie van al deze factoren tot een toegenomen risico op infectie. Een verzwakte, samengedrukte en slecht doorbloede huid is kwetsbaarder voor bacteriën. Aanhoudende roodheid, abnormale afscheiding, lokale warmte of pijn kunnen dan optreden, waardoor een eenvoudig maatprobleem van het sieraad een ernstigere complicatie wordt.

Op middellange en lange termijn kan een te strak sieraad een normaal eenvoudige genezing dus veranderen in een lang en frustrerend traject. Daarom is het belangrijk te begrijpen dat comfort en ruimte rond de piercing geen luxe zijn, maar een essentiële voorwaarde voor een gezonde en duurzame genezing.

5. Te strakke sieraden en oorpiercings: geval per geval

Niet alle oorpiercings reageren op dezelfde manier op een te strak sieraad. De geprikte zone, de dikte van de huid, de aanwezigheid van kraakbeen en de beweeglijkheid van het oor spelen een grote rol in de genezing. Daarom kan een slecht gedimensioneerd sieraad bij de ene piercing weinig problemen geven… en bij een andere zeer problematisch worden.

Bij de oorlel, een vlezige en goed doorbloede zone, kan een te strak sieraad snel een langdurige zwelling veroorzaken. Omdat de huid soepel is, heeft ze de neiging het sieraad te “omsluiten” wanneer er niet genoeg marge is. Dan zien we een risico op gedeeltelijk ingroeien van de labret of de staaf, met een gevoel van warmte, spanning en soms een bol uiterlijk rond de piercing. Veel mensen denken dat de oorlel altijd makkelijk geneest, maar met een compressief sieraad kan de genezing net eindeloos lijken te duren.

Bij de helix is het probleem vaak pijnlijker. Kraakbeen is stijf, weinig doorbloed en veel gevoeliger voor druk. Een te korte staaf of een labret die tegen de huid aangedrukt zit, oefent constante druk uit tussen het sieraad en het kraakbeen. Dit kan leiden tot aanhoudende pijn, chronische ontsteking en het ontstaan van irritatiebultjes. In tegenstelling tot de oorlel “past” kraakbeen zich niet aan: het ondergaat. Daardoor kan zelfs een licht te strak sieraad de genezing maandenlang blokkeren.

De tragus en de conch zijn dikke zones die bij het kiezen van de sieradenlengte vaak onderschat worden. Een te kort sieraad in deze zones drukt de weefsels sterk samen, vooral in de eerste weken waarin zwelling normaal is. Het belangrijkste risico is constante druk die verhindert dat de huid goed kan ademen, irritatie bevordert en reinigen moeilijk kan maken. In sommige gevallen lijkt het sieraad “te verdwijnen” in de huid wanneer die opzwelt, wat een duidelijk teken is dat de lengte niet geschikt is.

Piercings zoals de flat of de forward helix zijn ook gevoelig voor veelgemaakte lengtemissers. Deze zones worden vaak gezet met esthetische, zeer aansluitende sieraden, maar dat kan tijdens de genezing problemen geven. Een te korte staaf, zelfs als die in het begin comfortabel lijkt, kan compressief worden zodra het oor reageert op kou, wrijving of slapen. Dit veroorzaakt herhaalde microtrauma’s en verhoogt het risico op een bultje of een instabiele genezing.

Over het algemeen is kraakbeen veel gevoeliger voor compressie dan de huid van de oorlel. Het geneest traag, verdraagt constante druk slecht en heeft een sieraad nodig met voldoende marge om natuurlijke zwelling en dagelijkse bewegingen op te vangen. Een te strak sieraad in kraakbeen is niet alleen ongemakkelijk: het is vaak een van de belangrijkste oorzaken van lange, pijnlijke en ingewikkelde genezingen.

De specifieke kenmerken van elke oorpiercing begrijpen maakt het dus mogelijk een slimmere en veiligere keuze te maken. Een goed gedimensioneerd sieraad is niet “te groot”: het is gewoon aangepast aan het lichaam en aan de tijd die nodig is om correct te genezen.

6. Waarom zwelling normaal is aan het begin van de genezing

Wanneer een piercing wordt gezet, beschouwt het lichaam de handeling meteen als een microverwonding. Zelfs als de ingreep vakkundig en onder goede omstandigheden gebeurt, gaan de huid en de omliggende weefsels van nature in een verdedigingsfase. Zwelling is een integraal onderdeel van dit proces: het is een normale ontstekingsreactie die het lichaam helpt meer bloed, zuurstof en herstellende cellen naar de geprikte zone te brengen.

In de dagen en weken na het plaatsen van het sieraad komt een zwellingspiek vaak voor, vooral bij oorpiercings in het kraakbeen zoals de helix, conch of tragus. Deze reactie kan van persoon tot persoon verschillen afhankelijk van huidgevoeligheid, immuunsysteem, stress, slaap of weersomstandigheden. Kou kan bijvoorbeeld het gevoel van spanning versterken, terwijl warmte de ontsteking kan vergroten.

Deze zwelling vooraf incalculeren is absoluut essentieel voor een gezonde genezing. Daarom kiezen professionele piercers bij het eerste plaatsen doorgaans iets langere sieraden. Deze marge laat de huid toe vrij te zwellen zonder samengedrukt te worden, waardoor onnodige pijn, overmatige roodheid of complicaties zoals ingroeien van het sieraad worden vermeden. Een passend sieraad laat het lichaam ruimte om zijn werk op natuurlijke wijze te doen.

Een van de meest voorkomende fouten is dat men meteen een heel discreet sieraad vanaf het begin wil. Veel mensen kiezen om esthetische redenen een korte staaf of een te strak labret, zonder te beseffen dat de genezing nog niet gestabiliseerd is. Resultaat: de huid zwelt op, wordt tegen het sieraad aangedrukt en de genezing wordt langer, pijnlijker en soms problematisch. Discretie kan perfect later komen, zodra de zwelling is afgenomen en de genezing goed op gang is.

Begrijpen dat zwelling een normale en tijdelijke stap is, helpt om slimmere en meer lichaamsvriendelijke keuzes te maken. Door in het begin een iets langer sieraad te accepteren, vergroot je je kansen op een snellere, comfortabelere genezing zonder complicaties.

7. Hoe herken je of je sieraad te strak zit

Het is niet altijd makkelijk om te weten of een sieraad gewoon “goed aansluit” of dat het problemen begint te geven. Toch geeft het lichaam heel snel duidelijke signalen wanneer de piercing te veel druk ondervindt. Leren ze te herkennen maakt het mogelijk vroeg te handelen en te voorkomen dat je de genezing in gevaar brengt.

De visuele tekenen zijn vaak de eerste indicatoren. Een te strak sieraad heeft de neiging geleidelijk in de huid te zakken. Het schijfje van een labret kan “opgeslokt” lijken door de oorlel of het kraakbeen, tot het moeilijk te zien wordt. De huid rond de piercing kan glanzend en gespannen lijken, soms licht witachtig of juist erg rood. In sommige gevallen is er een plaatselijke zwelling die niet afneemt met de tijd, of zelfs toeneemt. Deze visuele tekenen mag je nooit negeren, zeker niet als de piercing niet meer nieuw is.

De lichamelijke tekenen zijn even veelzeggend. Aanhoudende pijn, een constante druk of een kloppend gevoel zijn frequente alarmsignalen. In tegenstelling tot het normale ongemak van de eerste dagen neemt deze pijn niet af en kan ze zelfs verergeren. Sommige mensen beschrijven het als een “samengedrukt” oor, alsof het sieraad van binnenuit knelt. Dit soort gevoel is op de duur niet normaal en wijst vaak op een onvoldoende lengte of diameter van het sieraad.

Het is ook belangrijk om de evolutie in de tijd te bekijken. Een piercing die goed geneest, laat een geleidelijke verbetering zien: minder roodheid, minder gevoeligheid, een soepelere huid rond het sieraad. Als de zone na meerdere weken gezwollen en pijnlijk blijft, of lijkt stil te staan zonder verbetering, kan dat een teken zijn dat het sieraad de huid verhindert zich goed te herstellen. Een te strak sieraad blokkeert de lokale doorbloeding en houdt een chronische ontsteking in stand, wat de genezing afremt.

Ten slotte moet je het verschil kennen tussen normaal ongemak en een echt probleem. In de eerste dagen na een piercing zijn lichte gevoeligheid, lokale warmte of een matige zwelling normale reacties van het lichaam. Daarentegen horen constante pijn die niet afneemt, huid die het sieraad “insluit” of een blijvend knellend gevoel niet bij een gezonde genezing. Twijfel is vaak al een goede indicator: als je je regelmatig afvraagt of je sieraad te strak zit, is dat meestal ook zo.

Deze signalen op tijd herkennen maakt het mogelijk snel te handelen, door het sieraad te vervangen door een beter passende lengte of door een professionele piercer te raadplegen. Een eenvoudige aanpassing kan het verschil maken tussen een lastige genezing en een piercing die rustig geneest.

8. Welke lengte en welk type sieraad kiezen om goed te genezen

Wanneer een piercing nog in de genezingsfase zit, mag de keuze van het sieraad nooit aan het toeval worden overgelaten. De lengte en het type sieraad spelen een centrale rol in het vermogen van de huid om goed te genezen. Een passend sieraad biedt ruimte, beperkt wrijving en laat het lichaam zijn werk doen zonder belemmering.

De initiële lengte van het sieraad is een van de belangrijkste elementen. Bij een recente piercing is het normaal dat de zone opzwelt, soms aanzienlijk, vooral in de eerste weken. Een sieraad dat bedoeld is voor de genezing moet altijd een veiligheidsmarge bieden, dus enkele extra millimeters om deze natuurlijke zwelling op te vangen. Deze marge voorkomt compressie, pijn en het risico dat het sieraad ingroeit. Een te kort sieraad vanaf het begin kiezen, ook al lijkt het esthetischer, brengt de genezing heel vaak in gevaar.

Het type sieraad is even bepalend. Voor de meeste oorpiercings wordt tijdens de genezing de rechte staaf of de labret verkozen. Deze sieraden zijn stabiel, oefenen minder zijwaartse druk uit en beperken ongewenste bewegingen. Vooral de labret wordt vaak aanbevolen voor de oorlel, helix, tragus of conch, omdat de platte basis wrijving tegen de huid beperkt en het dagelijks comfort verbetert.
De gebogen staaf kan in sommige specifieke gevallen worden gebruikt, maar vereist een perfect aangepaste lengte om geen permanente spanning op het weefsel uit te oefenen.

De ringen worden daarentegen doorgaans afgeraden aan het begin van de genezing bij veel oorpiercings. Hun ronde vorm zorgt voor meer beweging, rotatie en wrijving, wat de wond kan irriteren en de genezing kan vertragen. Als ze te klein zijn, oefenen ze bovendien constante druk uit op de weefsels, wat het risico op ontsteking verhoogt.

Een essentieel punt om te begrijpen is dat het sieraad dat je op het moment van het piercen kiest niet definitief is. Zodra de zwelling is afgenomen en de genezing goed op gang is, wordt aangeraden een downsizing te doen: een wissel naar een korter en beter passend sieraad. Deze stap helpt om haken te voorkomen, het comfort te verbeteren en een esthetischer resultaat te krijgen, zonder de gezondheid van de piercing te schaden. Downsizing gebeurt doorgaans na enkele weken of maanden, afhankelijk van de geprikte zone en de reactie van het lichaam.

Het wordt sterk aangeraden om een professionele piercer te raadplegen om de juiste lengte te kiezen en het juiste moment te bepalen om de maat van het sieraad te verkleinen. Een professional kan de resterende zwelling, de kwaliteit van de genezing beoordelen en het sieraad dienovereenkomstig aanpassen. Zelf te vroeg wisselen naar een te kort sieraad is een van de meest voorkomende oorzaken van complicaties.

Kortom: goed genezen betekent starten met een voldoende lang sieraad, een stabiel type sieraad dat past bij de geprikte zone, en op het juiste moment geleidelijk de lengte verkorten. De tijd nemen om deze stappen te respecteren, is je piercing de beste voorwaarden geven om gezond te genezen, zonder pijn of complicaties.

9. Wat te doen als je sieraad al te strak zit

Wanneer een sieraad te strak zit, werkt de tijd zelden in je voordeel. In tegenstelling tot een lichte irritatie die soms vanzelf kan kalmeren, blijft een compressief sieraad voortdurend druk uitoefenen op het weefsel. Hoe langer je wacht, hoe groter het risico op complicaties. De eerste regel is dus simpel: negeer de signalen niet in de hoop dat “het wel overgaat”.

Als je aanhoudende pijn voelt, een drukkend gevoel hebt of merkt dat het sieraad in de huid begint te zakken, is het belangrijk snel te handelen. Haal het sieraad echter vooral niet zelf in paniek eruit, zeker niet als de piercing recent is of als het sieraad gedeeltelijk ingegroeid lijkt. Een te strak sieraad verwijderen zonder vervangende oplossing kan een plotselinge zwelling veroorzaken, het gaatje gedeeltelijk laten dichtgaan of de ontsteking verergeren.

Het beste is om een professionele piercer te raadplegen. Die kan de situatie beoordelen, de toestand van het weefsel controleren en het sieraad vervangen door een langer of beter passend model, onder optimale hygiënische omstandigheden. In sommige gevallen volstaat een eenvoudige lengtewissel om de druk meteen te verlichten en de genezing weer op een gezond spoor te zetten.

In afwachting van die wissel is het belangrijk je verzorgingsroutine aan te passen. Reinig voorzichtig met een zoutoplossing, zonder het sieraad te draaien of te manipuleren. Vermijd extra druk: oortjes, een strakke helm, slapen op de kant van de piercing of herhaalde wrijving. Het doel is de agressie maximaal te beperken terwijl het weefsel kan ontspannen.

Als het sieraad al erg diep zit, de pijn intens is, of de zone erg gezwollen en warm is, aarzel dan niet om ook een medisch advies te vragen naast dat van de piercer. In alle gevallen helpt snel handelen om zwaardere complicaties te vermijden, zoals een infectie of een blijvend litteken.

Kortom: bij een te strak sieraad is snel reageren essentieel. Een snelle aanpassing, uitgevoerd door een professional, kan het verschil maken tussen een moeilijke genezing en een piercing die normaal geneest.

Conclusie: liever een sieraad dat iets langer is dan te strak

Wanneer we het hebben over de genezing van een piercing, is de maat van het sieraad een detail dat eigenlijk geen detail is. Een te strak sieraad kan in het begin onschuldig lijken, maar zoals we hebben gezien kan het veel problemen veroorzaken: aanhoudende pijn, langdurige zwelling, irritatiebultjes, vertraagde genezing, zelfs het ingroeien van het sieraad of een infectie. Het zijn situaties die vermeden hadden kunnen worden met een beter passende lengtekeuze vanaf het begin.

De kernboodschap is eenvoudig: genezing moet altijd vóór esthetiek komen. Te vroeg een te discreet sieraad willen is een van de meest voorkomende fouten, vooral bij oorpiercings. Een iets langer sieraad laat de natuurlijke zwelling toe zonder compressie, laat de huid ademen en geeft het lichaam de beste omstandigheden om zich correct te herstellen. Die “speling” is geen gebrek, maar een fysiologische noodzaak.

Het is ook belangrijk te begrijpen dat het sieraad niet definitief is vanaf de eerste dag. Genezing is een evolutie: je begint met een sieraad dat past bij de zwelling en past daarna op het juiste moment de lengte aan, wanneer de zone stabieler is. Dit principe van een evoluerend sieraad maakt een gezonde, snellere en veel comfortabelere genezing op lange termijn mogelijk.

Voor je piercing zorgen betekent dus weloverwogen keuzes maken, luisteren naar de signalen van je lichaam en niet aarzelen om het advies van een professional te vragen. Een goed gekozen sieraad vandaag, zelfs als het iets langer is, bespaart je morgen veel complicaties.

Als je in de genezingsperiode zit of ook maar de minste twijfel hebt over de maat van je sieraad, kies dan altijd voor sieraden die ontworpen zijn om de genezing te ondersteunen, bedacht voor comfort, veiligheid en de natuurlijke evolutie van je piercing. Je oor zal je dankbaar zijn.

Terug naar blog

Reactie plaatsen

Let op: opmerkingen moeten worden goedgekeurd voordat ze worden gepubliceerd.